Meer genieten van betere wijn met wijnschrijver Bruno Vanspauwen

Uit het archief van de wijnschrijver

gerijpte artikels, columns, verhalen, reportages

De pionier van Priorat

Toen Carles Pastrana in 1987 met een wijndomein begon in het Spaanse Priorat, was hij alleen. Vandaag telt de streek ruim 70 domeinen, en komen rijke wijnliefhebbers per helikopter hun wijn kopen.


Wie had ooit gedacht dat Priorat de befaamde Spaanse wijnstreken Rioja en Ribera del Duero naar de kroon zou steken, en zelfs aan de top van de wereld zou staan? In deze arme ruige bergstreek, 150 kilometer ten zuidwesten van Barcelona, werden aanvankelijk alleen wijndruiven geteeld om te verkopen aan coöperatieven en grote wijnbedrijven. Dat gebeurde in uiterst moeilijke omstandigheden: de boeren moesten letterlijk in de leisteen hakken om druivenstokken aan te planten.

Dat hield ex-journalist Carles Pastrana niet tegen om hier met een wijndomein te beginnen: Costers del Siurana ("oevers van de rivier Siurana"). Hij geloofde immers heilig in dit terroir met zijn unieke mineralige ondergrond van leisteen. Die beperkt het oogstrendement en verplicht de druivenstokken om heel diep hun voedsel te gaan  zoeken. Het warme klimaat brengt de druiven bovendien altijd tot optimale rijpheid. En de koele zeewind die je op deze hoogte voortdurend voelt, zorgt voor ventilatie en afkoeling, zodat de wijn aan finesse en aromatische expressie wint. Ook de oude wijnstokken van grenache en carignan waren een troef. Die werden hier 50 tot 100 jaar geleden aangeplant, en brengen geconcentreerde en intens smakende druiven voort.

Carles Pastrana was er dan ook van overtuigd dat hij hier topwijn kon maken. In de beginjaren had hij het niet makkelijk. Priorat kent een moeilijke geografische situatie: vooraleer men een wijngaard kan aanleggen, moet men de steile hellingen ontbossen, terrasseren, de leisteen verbrijzelen. Ook het planten en oogsten verloopt moeizaam. Alles moet hier noodgedwongen artisanaal aangepakt worden.

Maar Pastrana zette door en kreeg gelijk. Vandaag staat hij met zijn wijnen Clos de l' Obac en Miserere, en zijn witte wijn Kyrie, aan de wereldtop. Aanvankelijk moest hij zelf zijn wijnen overal in de wereld gaan voorstellen. Nu krijgt hij 5000 bezoekers per jaar.

Dat succes werd uiteraard door anderen opgemerkt. Grote Spaanse wijnbedrijven (zoals Torres, Freixenet en Codorniù) kochten ook gronden in Priorat. Kapitaalkrachtige buitenlanders toonden interesse. Zo hebben Gerard Depardieu (hij weer) en Formule 1-piloot Michael Schumacher hier geïnvesteerd. Er is zelfs een Belg die een Prioratwijn maakt: Dirk Hoet, telg van de Anco-familie (het merk van o.m. pasta, bloem en paneermeel).

De autochtone inwoners zagen dit met lede ogen gebeuren. Het landschap werd door de massale aanleg van wijngaarden immers verstoord. En de prijzen van de gronden gingen steil de hoogte in. Maar economisch had het voor deze arme streek wel gunstige effecten.

Hoewel ze slechts 50 kilometer verwijderd is van de toeristische Costa Daurada, kwam hier vroeger niemand. Vandaag zijn de kronkelige toegangswegen vanuit Barcelona en Tarragona recht getrokken en verbreed. De gsm-bereikbaarheid is geen probleem meer. Er is alleen nog een gebrek aan degelijke hotels en restaurants. Rijke wijnliefhebbers komen hier dan ook per helikopter hun wijnen kopen: landen en weer wegwezen.

"Wij hebben maar 50 à 75.000 flessen in productie", zei Pastrana mij toen ik zijn domein bezocht, "Wij hebben dus niet veel klanten nodig, en toch is het moelijk geworden. Er zijn immers veel grote wijnen in de wereld, en de concurentie is enorm. En sowieso wordt er altijd minder wijn gedronken als het met de wereld slecht gaat. Niet omdat er dan minder geld is, maar omdat de mensen minder gelukkig zijn. Alleen gelukkige mensen genieten van wijn."

Kennelijk zijn de Belgen nog altijd gelukkig, want de wijnen van Carles Pastrana zijn hier zeer gegeerd. Daar heeft een jonge Vlaamse advocaat, Wim Vanleuven, toe bijgedragen. Hij werkte in het begin van de jaren 1990 als jurist in Barcelona, en beleefde van nabij de opkomst van een nieuwe lichting Spaanse wijnmakers. Hij merkte dat de kwaliteitsverbetering van de Spaanse wijnen nog niet tot in België was doorgedrongen, en richtte daarom in 1994 een invoerfirma op, La Buena Vida. Velen verklaarden hem voor gek om zoveel tijd en geld te investeren in "Spaanse wijntjes", maar Vanleuven heeft het imago van Spaanse wijn in ons land op korte tijd volledig veranderd. Een van de eerste wijnmakers die hij in België introduceerde, was Carles Pastrana. Een succesrijke samenwerking die nog altijd voortduurt.

De zeldzame combinatie van kracht en finesse

Door het warme klimaat in Priorat kan je er overdonderend krachtige wijnen maken, "bommen" van overrijp fruit en alcohol. Een aantal domeinen koos ervoor om dit type van makkelijk imponerende wijn te maken. Niet Carles Pastrana. Van bij het begin opteerde hij ervoor om de geconcentreerde kracht te combineren met mineralige finesse: een zeldzaamheid in de wijnwereld.

Ik ben al vaker onder de indruk geraakt van zijn Clos de l'Obac en Miserere, ook en vooral van oudere jaargangen. Clos de l'Obac wordt gemaakt van vijf druivensoorten: grenache, cabernet sauvignon, syrah, merlot en carignan. Een mengeling van Bordeaux en de zuidelijke Rhône, zeg maar. Kenmerkend is het feit dat de vermenging van de druiven vòòr de gisting gebeurt, wat tot een harmonieuzer eindproduct leidt. Elk jaar wordt exact dezelfde proportie aangehouden. Men moet de mengeling dus elk jaar opbouwen vanuit de druivensoort waarvan men het minst heeft geoogst (want elk jaar levert een andere hoeveelheid druiven op). Bijgevolg blijven er altijd druiven over, een verlies dat deels wordt gerecupereerd door een tweede wijn aan te bieden, Usatges Negre. Die is merkelijk goedkoper, maar laat dat vooral geen reden zijn om hem niet te proberen: Usatges Negre biedt een uitstekende kwaliteit voor zijn prijs.

Miserere bevat dezelfde druivensoorten als Clos de l'Obac, met dat verschil dat syrah vervangen wordt door tempranillo. Miserere is iets stoerder, steviger, aardser dan Clos de l'Obac, die mineraliger en fluweliger is. Beide wijnen hebben een groot bewaarpotentieel. Welke van de twee je verkiest, is een kwestie van smaak en van wat je erbij eet.

Er is ook Dolç de l'Obac: een subtiele, rode zoete wijn van grenache, cabernet sauvignon en syrah, waarvan zowel de pelweking als de gisting op nieuwe Franse eik gebeurt.

Sinds 1999 wordt er een witte wijn gemaakt, onder de naam Kyrie (een mengeling van grenache blanc, macabeu, xarel.lo en moscatel de Alejandria). Ook daarvan wordt een tweede wijn aangeboden, Usatges Blanc.

Carles Pastrana is niet alleen om deze wijnen te maken. Zijn oenoloog, Isidre Sanahujes, heeft er zeker evenveel verdienste aan: de man barst van het talent, maar blijft bijzonder bescheiden. Dat weerspiegelt zich in de wijn: arrogante wijnmakers kunnen geen fijne wijnen maken.

www.labuenavida.be