Champagne!
Zeker als het feest is, kan je er niet om heen. Champagne is onverbrekelijk verbonden met de momenten waarop iets te vieren valt.
Hij bruist, parelt en fonkelt: dat is wat champagne zo feestelijk maakt. Nochtans begint alles bij een gewone witte wijn, gemaakt van druiven die in de noordelijk gelegen Champagnestreek niet eens goed rijp worden. Maar door de toevoeging van liqueur de tirage (een mengeling van wijn, gist en suiker), gist hij een tweede keer in de fles. De champagne is geboren.
Vanaf dat moment lijkt het wel of hij ophoudt een wijn te zijn. Hij wordt wild in het rond gespoten na sportieve overwinningen. In bordelen worden klanten er dronken mee gevoerd. Bij de inhuldiging van schepen wordt hij brutaal verspild. Er wordt, kortom, zelden echt van genoten.
Toch is champagne in de eerste plaats een wijn. De verschillen tussen champagnes zijn trouwens groter dan men doorgaans schijnt te denken. Sommige zijn hun naam en faam zelfs absoluut niet waard. Maar door het magische woord "champagne" op het etiket wordt er toch een hoge prijs voor gevraagd. Andere schuimwijnen, volgens dezelfde methode gemaakt, kunnen beter zijn, maar moeten het wettelijk stellen met minder magische benamingen als "crémant" (in Frankrijk), "cava" (in Spanje) of "cap classique" (in Zuid-Afrika). Ze mogen zelfs niet langer "méthode champenoise" op hun flessen vermelden: het moet "méthode classique" of "traditionnelle" zijn. De verenigde wijnhuizen van Champagne hebben hun zaakjes goed geregeld. Als de druivenstokken niet in de Champagnestreek groeien, is het geen champagne, punt. Dat wordt voorgesteld als een maatregel om de kwaliteit te beschermen. Maar eigenlijk gaat het om de bescherming van economische belangen.
Ook hun marketing regelen de champagnehuizen goed. Geen wijn maakt zoveel reclame als champagne. Zeker in deze feestmaand zie je de advertenties van de grote champagnemerken overal opduiken. Vele maken deel uit van beursgenoteerde multinationals van luxegoederen, zoals de groep Louis Vuitton Moët Hennessy (LVMH) die ook handtassen, hifi-apparatuur en parfums in portefeuille heeft. In dat rijtje is champagne een zoveelste merkproduct, dat jaar na jaar dezelfde smaak moet hebben. Maar in de communicatie blijft men de historische en familiale tradities uitspelen, om de droom levend te houden.
Ik belandde ooit op een "dîner au champagne" van Moët & Chandon, in de 18de-eeuwse woning van Jean-Rémy Moët, de kleinzoon van de stichter. Toen we het huis betraden, stapten we letterlijk een ander tijdperk binnen. Tegels, tapijten, behang, lusters, schilderijen, spiegels, meubels, glazen, dienbladen: alles was bewaard gebleven zoals in de 18de eeuw. Het aperitief werd geserveerd op het balkon dat uitgaf op de prachtige tuin met orangerie. We kregen Dom Pérignon in ons glas, de luxecuvée van Moët & Chandon, perfect gekoeld. Tijdens de maaltijd werden alleen millésimés geschonken. Onze gastheer, "le directeur des relations publiques", vertelde hoe belangrijk dit huis was geweest om van Moët & Chandon de best verkopende champagne ter wereld te maken. Een "traitement royal" zoals wij kregen, voor de juiste mensen uit de wereld van media, mode, muziek en film, was altijd de beste manier geweest om in een land door te breken. In de Verenigde Staten had men Hollywood als paard van Troje gebruikt. Amerikanen zijn dol op het rijke Europese verleden, en daarom gingen filmsterren en - producenten graag in op een uitnodiging in dit schitterende historische kader. Feestjes van de filmindustrie werden gratis bevoorraad met Moët & Chandon. De gelegde contacten werden gebruikt om te kunnen figureren in films. In de wereldberoemde film Casablanca bestelt Humphrey Bogart regelmatig Dom Pérignon. Toen Marilyn Monroe een champagnebad nam, kwam dat uitgebreid aan bod in de media. Maar ook dat was een opgezet pr-evenement waar de champagnesector achter zat. Met dergelijke acties veroverde Moët & Chandon de Amerikaanse markt, om er marktleider te worden.
Vandaag doen de champagnehuizen grote inspanningen om de jongeren voor zich te winnen. Ze beseffen dat hun traditionele publiek veroudert, en dat de toekomst moet verzekerd worden. Vandaar het idee van de champagne in kleine flesjes van 25 centiliter, die je met een rietje moet drinken. De bedoeling is hip en cool over te komen bij jongeren die in de ban zijn van zoete alcoholpops. Wie weet krijgen we binnenkort de "cherry champagne" of andere varianten.
De algemene trend naar smaakverzoeting is trouwens ook in de gewone champagnes merkbaar. Soms is de dosage (aanzoeting) zo hoog, dat de smaak helemaal uit balans is. Gelet op de prijzen, is het dan niet onlogisch dat je eens in een ander land gaat kijken.
Maar de Belgen laten het niet aan hun hart komen: wij willen champagne uit de Champagnestreek, de "echte". Wat het verbruik ervan betreft, staan we per hoofd van de bevolking dan ook op de allereerste plaats in de wereld. Proost!