Meer genieten van betere wijn met wijnschrijver Bruno Vanspauwen

Uit het archief van de wijnschrijver

gerijpte artikels, columns, verhalen, reportages

Verkopers

"Ik vind 2007 niet goed, 2006 is veel beter", zegt de wijninvoerder tegen zijn klanten. Hij heeft het over de wijnen van het zuidelijke Rhônegebied.

Wat een eerlijk man, zie je iedereen denken, hij praat tegen zijn eigen winkel. Want 2007 werd toch overal de hemel ingeprezen?

Dat is het 'm juist. Als iedereen deze jaargang de hemel inprijst, hoeft de invoerder dat niet meer te doen. De wijnen raken vanzelf wel verkocht.

Waarom is die invoerder zo "eerlijk"? Omdat het jaar 2007 al uitverkocht is. En het jaar 2006 nog niet.

Dat neemt niet weg dat ik vind dat hij gelijk heeft. Maar ik had zijn oordeel wel eens willen horen als hij alle wijnen van 2006 reeds verkocht had, en die van 2007 nog niet.

Ik verkoop geen wijnen. Ik hoef bij het uitspreken van mijn oordeel geen rekening te houden met flessen die al dan niet in stockruimtes blijven liggen. Invoerders en producenten wel. Die houden daar altijd rekening mee. Altijd.

Luister naar de Bordelezen naar aanleiding van de nieuwe magische jaargang 2009.

"Nog beter dan 2005!" roepen ze. Dat zeggen ze nù, als er geen fles van 2005 meer in hun kelders ligt. Ik herinner mij zeer goed wat in Bordeaux gezegd werd toen de oogst van 2005 net achter de rug was: "Nog beter dan 2000!" En toen 2000 op de markt kwam, werd de jaargang 1990 weggeblazen.

"Als een jaargang verkocht is, wordt er plots veel vrijer gesproken", fluisterde een invoerder mij onlangs in het oor. Hij had dat niet moeten doen. Ik wist dat al.

Net zoals ik weet dat je aan een invoerder nooit het adres van een goed restaurant moet vragen. Hij vindt de restaurants waar hij zelf wijnen levert altijd de beste. O wee als een restaurant plots beslist om geen wijnen meer van hem af te nemen. Dan kent de kok er plots niets meer van en staat de wijnkaart vol waardeloze wijnen.

Let ook op voor invoerders die je verzekeren - nog vòòr je geproefd hebt - dat "deze wijn beter zal worden door hem enkele jaren te laten liggen". Wellicht is hij gewoon niet goed. En zal hij het ook nooit worden. Maar wat moet je zeggen als je voor de heikele taak staat een minderwaardige wijn te verpatsen?

Sommigen proberen het met de originele zinsnede: "Voor deze wijn moet men een beetje een kenner zijn."

En als een wijn simpelweg stinkt, wordt er gezegd dat dit "nu eenmaal het terroir is". Of dat je hem "minstens een dag op voorhand moet karaferen." (Waarom heeft de invoerder dat dan niet zelf gedaan?)

Ook een goede vraag: hoe verkoop je een wijn die gedilueerd is door stormweer tijdens de oogst? Je zegt: "Voor liefhebbers van finesse."

En op proeverijen van recente jaargangen hoor ik altijd dit liedje: "De wijn is nog maar pas gebotteld." Met andere woorden: als je hem niet goed vindt, dan ligt het dààraan. Niet aan de weersomstandigheden, de hoge druivenproductie, de beschimmelde druiven in de gistkuip, de slecht onderhouden eikenhouten vaten, de hoge hoeveelheid sulfiet ...

Veel taalcreativiteit wordt eveneens aan de dag gelegd om wijnen tegen hoge prijzen te verkopen: "Een grote wijn is altijd duur."

Tot een zeker bedrag is dat waar. Maar vanaf een bepaald punt speelt alleen nog de wet van vraag en aanbod, en is er geen relatie meer tussen prijs en kwaliteit.

Ongetwijfeld kent u ook deze vondst die de prijs van een wijn opdrijft: "Hier zijn maar enkele kisten van." Et alors? Is er een wetenschappelijk vastgestelde relatie tussen schaarste en kwaliteit? De waarheid is dat er opzettelijk wijnen in kleine hoeveelheden worden gemaakt, precies om ze zeer duur te kunnen verkopen.

"Let op, het zijn mijn laatste flessen", probeert de verkoper nog.

Ik erger mij al niet meer. Ik laat het over mij heen gaan. En schrijf er af en toe een stukje over.