Trends in het wijnglas
We drinken anders dan vroeger, en in de toekomst zullen we dat ook anders doen. Welke zijn de trends in ons wijnglas?
Tot diep in de jaren 1980 werd je al een serieuze wijnkenner genoemd als je Bordeaux en Bourgogne op de voet volgde. Maar in de jaren na 1990 brak ineens de hele wereld open. Wijnen kwamen plots van overal. De hype van de Nieuwe Wereld deed de klassieke Franse wijnstreken op hun grondvesten daveren. Wijnlanden als Chili, Zuid-Afrika, Nieuw-Zeeland, Australië werden met open armen ontvangen door de wijnliefhebbers. De druiven werden daar veel rijper dan in Frankrijk, waardoor men er wijnen als fruitbommen kon maken, en de Franse wijnen ineens schraal leken. Vele producenten en invoerders sloegen er op korte tijd veel geld uit. Maar het feest bleef niet duren.
Hoe is het vandaag met de Nieuwe Wereld gesteld? Een beetje zoals met de internethype: de euforie is gaan liggen, maar een weg terug is er niet meer. De wijnen hebben hun plaats op de markt veroverd, en dat zal zo blijven. Maar de liefde is niet langer blind. Wijndrinkers zijn gaan beseffen dat de prijzen van deze nieuwe wijnen ook tot schrikbarende hoogtes stegen, en dat de kwaliteit niet altijd volgde, net zoals in het verguisde Bordeaux. Ze stelden vast dat de wijn die tijdens een degustatie zo'n weergaloze impressie maakte, bij een maaltijd aan de huiselijke tafel nogal snel zwaar en vermoeiend overkwam. Van de weeromstuit bevinden we ons vandaag in de omgekeerde trend: mensen verlangen weer naar fijne en elegante wijnen, die de maaltijd begeleiden in plaats van overdonderen.
Een gelijkaardige trend zien we in het gebruik van eikenhout. De hype van de Nieuwe Wereld bracht ons wijnen die geen "houttoets" maar een "houtmokerslag" vertoonden. Dat hebben we nu ook wel gehad. Terug naar de basisingrediënten van de wijn, is vandaag het devies: het fruit moet puur en ongeschonden in het glas te proeven zijn. Een beetje houtrijping mag best, maar liefst niet de gehele productie: een deel op nieuw eikenhout, de rest in reeds gebruikte vaten of in grote foeders. Evenwicht: mensen zoeken er vandaag niet alleen naar in hun professionele en familiale leven, maar ook in hun culinaire en andere genietingen.
Betekent dat: retour à la France? Ach, eigenlijk is Frankrijk nooit weggeweest. In België is ruim 67% van de verkochte wijnen nog altijd Frans. Wel is de groei minder sterk dan voor een aantal andere landen. En de grootste concurrentie zit niet langer in de Nieuwe Wereld, maar vlakbij de deur: in Spanje, Italië, Oostenrijk, Duitsland. Spanje, Italië en Frankrijk vertegenwoordigen samen ruim de helft van de wereldwijnproductie.
Oost-Europese landen (Slovenië, Kroatië, Bulgarije, Hongarije, Roemenië…) willen ook wel een druifje meepikken van de groeiende wijnbusiness, die ten slotte evenveel omzet draait als de wereldwijde cosmeticamarkt. Maar wat hen voorlopig ontbreekt, is een bloeiende economie. Een wijncultuur kan alleen ontstaan waar voldoende economische welvaart is.
De producent moet financiële reserve hebben, want wijn is een arbeidsintensief product dat je bovendien een tijd moet laten liggen vooraleer je het kan verkopen. Bijgevolg kan wijn nooit echt goedkoop zijn, en dus heb je ook aan de consumentenzijde voldoende koopkracht nodig.
In de Westerse wereld verwacht men de sterkste verkoopsstijging bij de wijnen duurder dan 10 euro: mensen drinken minder maar beter. Al blijft het segment van de wijnen van minder dan 5 euro het grootste. Ook dat blijft overigens stijgen, met ongeveer 7% per jaar. In het topsegment zijn traditioneel altijd voldoende kopers te vinden voor het relatief schaarse aanbod. Maar de tijd van de gekke prijzen is voorbij. Zelfs rijke wijnliefhebbers betalen niet graag bij voor de vraag van etikettenfreaks uit China en Rusland.
Franse champagne wordt ook steeds kritischer bekeken. Liefhebbers van schuimende wijnen kijken niet langer neer op Spaanse cava, Duitse Sekt, Italiaanse spumante of Zuid-Afrikaanse cap classique.Die worden immers gemaakt volgens de champagnemethode, alleen de druiven en de streek zijn anders.
De trend naar nieuwe smaken houdt daar ook verband mee. De klassieke druivensoorten zullen niet verdwijnen, maar de markt bloeit open voor inheemse soorten, die je slechts in één land of streek vindt, en ons smakenpalet verrijken. Dat is een troef voor de Europese wijnlanden met hun vele regionale tradities, in het bijzonder Italië.
Die trend is dan weer nauw verbonden met een andere: de zoektocht naar authenticiteit. Mensen willen graag ontdekken en weten waar hun drank en voeding vandaan komt en hoe het bereid wordt, ook vanuit een groeiende bekommernis om gezondheid. De opmars van industriële wijnen is niet te stuiten, maar er is zeker ook een markt voor wijnbouwers die kleinschaliger èn natuurlijker werken.