Blind proeven: de echte test voor wijnen
Wijnliefhebbers die hun aankopen baseren op proefverslagen, stellen zich best altijd de vraag: werd er blind geproefd? Anders kunnen de resultaten vertekend zijn.
Ik maakte ooit een proeverij van Australische wijnen mee, waar een overwegend Frans georiënteerd proefgezelschap zich scherp en kritisch uitliet over de wijnen. Nu voel ik mij allerminst geroepen om de Australische wijnen te verdedigen, maar toch vroeg ik mij af wat de commentaren zouden geweest zijn indien de proevers niet op voorhand hadden geweten dat het om Australische wijnen ging. Stel dat hen was gezegd dat het om een proeverij van Franse wijnen ging, stel dat de Australische wijnen in Franse flessen waren gepresenteerd, welke zouden dan de commentaren geweest zijn?
De Franse psycholoog (en wijnliefhebber) Frédéric Brochet organiseerde een aantal wetenschappelijke experimenten omtrent het proeven van wijn. Zo schonk hij ooit twee keer dezelfde wijn van middelmatige kwaliteit aan een groep proevers. De eerste keer was hij verpakt als "tafelwijn", de tweede keer als "grand cru". Het resultaat was opmerkelijk: de eerste keer was de waardering voor de wijn beduidend minder hoog dan de tweede, bij àlle proevers. Terwijl het om exact dezelfde wijn ging. Conclusie: mensen percipiëren in hun smaak wat ze vooraf reeds gepercipieerd hebben met hun oog, en ze zijn daar niet van af te brengen. Of, in de woorden van Brochet: "Het brein ruikt en proeft al alvorens de betreffende zintuigen in actie treden". De legendarische Franse oenoloog Emile Peynaud verwoordde het nog anders: "Het is vaak zeer ontgoochelend om grote wijnen blind te proeven."
Zelf heb ik al vele blindproeverijen meegemaakt, en telkens weer moet je als wijnliefhebber vaststellen dat ze heel wat vaststaande meningen op losse schroeven zetten. Wijnen die je normaal als de beste in hun soort beschouwt, vallen door de mand, terwijl andere wijnen, waar je niet eens meer naar omkeek, verrassend goed scoren. Fans van de Oude Wereld komen tot de bevinding dat zij wijnen van de Nieuwe Wereld het beste vonden. Duurdere wijnen met een grote reputatie moeten het afleggen tegen goedkopere collega's. Enzovoort. Elke blindproeverij is een les in bescheidenheid, een nieuwe reden om zeer voorzichtig om te springen met grote theorieën en algemene stellingen over wijn. Tegelijk is het bijzonder leerrijk, en eigenlijk de enige manier om wijnen objectief (of zo objectief mogelijk) te beoordelen.
Een blindproeverij hoeft niet noodzakelijk te dienen om een waardering uit te spreken over wijnen. Je kan ook beschrijvend of analytisch proeven, waarbij je je eigen waardeoordeel zo weinig mogelijk laat spelen. Zo kan de proever zijn zintuiglijke sensaties en associaties verwoorden, of zich beperken tot een typering van de wijn: of hij afkomstig is uit een koel of warm klimaat, of hij al dan niet op eikenhout werd gelagerd, of hij eerder mikt op kracht dan wel op finesse, in welke mate hij geconcentreerd is, enzovoort. Op basis daarvan kan de consument oordelen of dit een wijn is die past bij zijn voorkeur en smaakpatroon.
Nu blijkt ook die manier van proeven heel wat moeilijker te zijn indien de wijnen blind geproefd worden. Als de proever bijvoorbeeld op voorhand weet dat hij een wijn van sauvignon blanc drinkt, dan zal hij in zijn beschrijving onbewust termen gebruiken die doorgaans in verband met sauvignon blanc worden gehanteerd. Als hij op voorhand weet dat het om een duurdere wijn gaat, zal hij zijn woordenschat eveneens aanpassen, in lijn met wat meestal over dergelijke wijnen wordt gezegd en geschreven. Zelfs de kleur van de wijn beïnvloedt de proever. Een ander wetenschappelijk experiment van Frédéric Brochet spreekt hieromtrent boekdelen. Hij liet wijnproevers een rode en een witte wijn proeven en beschrijven. Zoals verwacht werd de rode onder meer geassocieerd met rode vruchten, de witte met witte vruchten. Enkele dagen later kwamen dezelfde mensen samen om de wijnen opnieuw te proeven. Wat zij niet wisten, was dat de witte wijn was rood gekleurd met een neutraal smakende kleurstof, en vice versa. Wat bleek? De witte wijn (die roodgekleurd was) werd nu geassocieerd met rode vruchten, terwijl men in de rode wijn (die er wit uitzag) witte vruchten herkende. Conclusie (opnieuw): het oog heeft als zintuig meer invloed op onze smaak dan we denken.
Dat hoeft niet noodzakelijk negatief geïnterpreteerd te worden: iemand die psychologisch beïnvloed wordt door het etiket van een beroemde wijn, kan daardoor zijn persoonlijke genot verhogen, en daar is niets mis mee. Wijn is zoals eten en zoals het leven: sfeer en emotie spelen een rol. Het zou jammer zijn die te zien verdwijnen. Maar om een juist beeld te krijgen van de reële kwaliteit van een wijn, blijven blindproeverijen een onmisbaar instrument.
Vele mensen denken bij de term "blindproeverij" slechts aan één bepaalde vorm daarvan: het blind herkennen van wijnen. Dat wordt dan gezien als een test om de werkelijke wijnkennis van iemand te meten. Maar net zoals rond bepaalde wijnen, hangt hier veel mythe rond. De wildste verhalen doen de ronde over superproevers die meteen elke wijn herkennen, maar zijzelf zullen de eersten zijn om toe te geven dat het onmogelijk is om zomaar in één keer, vanuit de hele wijde wijnwereld, een volledig etiket te raden (op één enkele toevalstreffer na). Realistischer is het om blindproeverijen te organiseren onder een bepaald thema (een streek of een druivensoort bijvoorbeeld), zodat je als proever enig houvast hebt. Er is ook de "trechtermethode": de proever stelt een reeks gerichte vragen (over klimaat, land, druif, oogstperiode....) en komt zo steeds dichter bij de waarheid.
Ikzelf word vaak met dergelijke "tests" geconfronteerd. Nergens kan ik nog op bezoek gaan of ik krijg een wijn in mijn glas zonder de fles te zien: welaan dan, welke is het? Dat krijg je met zo'n naam als "wijnkenner": op de duur kan je nergens nog onbevangen van wijn genieten. Telkens weer moet je je bewijzen, zeker als er ook andere experts in de buurt zijn. Merkwaardig toch hoe wijn mensen aanzet tot prestatie en competitie.
Maar toegegeven: ik vraag het nu vaak zelf om blind te proeven. Ik ben het als een vorm van tijdverdrijf gaan beschouwen: leuk en interessant, maar ook niet meer dan dat. Angst om je te vergissen, is volstrekt onnodig: meermaals heb ik meegemaakt dat proevers met veel ervaring er geregeld naast zitten. Ik maakte zelfs proeverijen mee waarin onaangekondigd de wijn werd geschonken van een aanwezige domeineigenaar, die zijn eigen wijn niet herkende. Dat is natuurlijk een beetje gemeen vanwege de organisator, maar het toont wel aan hoe moeilijk proeven wordt indien je geen enkele aanwijzing hebt. Vandaar dat je de "wijnsnobs" niet vindt onder de echte kenners: die weten dat je best niet te hoog van de toren blaast. Michael Broadbent, gerespecteerd wijnschrijver en expert van het wijndepartement van Christie's, zei ooit, met dat typisch Britse flegma: "Eén blik op het etiket zegt meer dan twintig jaar ervaring."