Vlaming Justin Onclin kocht Château Villemaurine in Saint-Emilion
Wordt vergane glorie opnieuw topdomein?
Een unieke ligging, een rijk verleden, maar de kwaliteit van de wijn ging stelselmatig achteruit. Vlaming Justin Onclin wil van Château Villemaurine opnieuw een topwijn maken.
Aan de rand van de historische stad Saint-Emilion, hoog op de heuvel, met schitterend uitzicht over de streek, ligt Château Villemaurine. Deze grand cru classé kan bogen op een van de oudste wijngaarden van de streek en indrukwekkende ondergrondse kalkgroeven daterend van de Gallo-Romeinse tijd. Maar de kwaliteit van de wijn ging achteruit.
De eigenaarsfamilie Giraud had het domein in 1980 verkocht aan een bank, en het vervolgens van die bank gehuurd. De aandelen werden aan meer dan 200 private aandeelhouders verder verkocht, en na twintig jaar besliste de bank om op zoek te gaan naar meerwaarde. En dus naar een koper. Die zou er een hele klus aan hebben om alle aandeelhouders uit te kopen en het huurcontract van de familie Giraud zo snel mogelijk stop te zetten. Maar de Vlaming Justin Onclin slaagde erin.
Met zijn bedrijf Sovex is hij al lang actief in de Bordelese wijnhandel en sinds 1999 produceert hij ook wijn (met Château Prieuré-Lichine in Margaux en Branas Grand Poujeaux in Moulis).
In Saint-Emilion schommelt de prijs van één hectare wijngaard tussen één en drie miljoen euro. Villemaurine heeft acht hectare, en gezien het feit dat de wijngaard niet in goede staat verkeerde, moet de verkoopprijs aan de ondergrens gelegen hebben: goed ingelichte bronnen spreken van acht miljoen euro. Voor een wijndomein dat zijn historische status van grand cru classé niet meer waard was, is dat een hele investering.
Kort na de aankoop – bij de tienjaarlijkse herziening van het klassement van Saint-Emilion – werd Villemaurine trouwens gedeklasseerd tot gewone "grand cru". Onclin had dat voorzien en in de prijsnegotiaties opgenomen. Maar je moet ook altijd een beetje geluk hebben: domeineigenaars die zich door het nieuwe klassement benadeeld voelden, trokken naar de rechtbank en kregen gelijk. Het vorige klassement werd in ere hersteld, zodat Villemaurine opnieuw een "grand cru classé" werd, althans voorlopig.
"Dat verbeterde echter de kwaliteit van de wijn en de wijngaard niet", zo stelt Onclin nuchter vast.
Hij liet zich daarom niet van zijn plannen afbrengen: verder investeren in Villemaurine om er een topdomein van te maken.
"Het terroir leent er zich toe", zegt hij, "De wijngaarden liggen bovenop de befaamde kalkheuvel van Saint-Emilion, onze buren zijn onder meer Trottevieille, Ausone, Troplong Mondot en Pavie. Hier kan je topwijn maken, dat is zeker. Maar het zal investeringen vergen."
Specialisten maakten een schatting dat er nog een investering van een half miljoen euro nodig zou zijn in de wijngaard: om terug leven te geven aan de bodem waar te veel chemische middelen zijn gebruikt, om de wijnstokken op een andere en betere manier op te binden, om het oogstrendement van de wijnstokken in te krimpen (je maakt alleen topwijn met lage rendementen), om delen van de wijngaard te herplanten, enzovoort. De wijnkelders moesten helemaal afgebroken en heropgebouwd worden, en er moest nieuw materiaal komen om wijn te maken. Naar schatting kostte dat anderhalf miljoen euro, in één jaar te betalen, want een wijndomein kan het zich niet veroorloven een oogstjaar over te slaan. De werken startten dus vlak na de oogst volgend op de aankoop, en moesten voltooid zijn tegen de oogst van het daaropvolgende jaar. Pas nadien zou de woning aan de beurt komen. "Eerst de wijn", zegt Onclin.
Nu de renovatie voltooid is, wordt Château Villemaurine dagelijks geleid door Onclins dochter Carmen en haar echtgenoot Luc Pasqueron, een oenoloog. Zij doen dat ook in Onclins andere domein Branas Grand Poujeaux (waar zij wonen). Pasqueron was in 2002 door Onclin aangeworven om dit domein in Moulis te leiden, en werd vervolgens zijn schoonzoon. Hun consulent-oenoloog voor beide domeinen is Stéphane Derenoncourt, de nieuwe "ster" van de Franse wijnwereld.
Ik proefde enkele oude jaargangen van Villemaurine, en de eerste jaargang van de nieuwe ploeg, 2007. Het verschil was duidelijk. Nochtans had Onclin het huurcontract van de familie Giraud pas in juni 2007 kunnen beëindigen. Het werd een race tegen de tijd en de natuur om de druiven in optimale conditie te krijgen, door onder meer ontbladering en het voortijdig wegknippen van trossen (groene oogst). Het resultaat toont al in welke richting Onclin wil gaan.
Kan je ooit zo'n grote investering terugwinnen?
"Je moet niet in een wijndomein investeren als je op korte termijn winst wil", zegt Onclin, "Dan ben je beter af in de wijnhandel. Maar op lange termijn creëer je meer waarde als eigenaar. En het geeft meer voldoening."
Wie is Justin Onclin?
Justin Onclin, afkomstig van Hasselt, is van opleiding vertaler-tolk en studeerde economie bij aan de Universiteit van Diepenbeek. Hij werd commercieel directeur bij een grote wijninvoerder.
Algauw zag hij dat de echte Bordelese wijnhandel zich elders afspeelde, namelijk op de place de Bordeaux, waar de handelshuizen gevestigd zijn die 95% van de productie van de grote wijnkastelen kopen. Hij richtte er het handelshuis Sovex op, nog altijd zijn eigendom. In 1999 kreeg hij het beheer in handen van het beroemde Château Prieuré-Lichine in Margaux (grotendeels eigendom van de industriële groep Ballande). Hij slaagde er in de wijn opnieuw zijn glans van vroeger te geven. Zo kreeg hij de smaak te pakken om zich ook met wijnproductie bezig te houden. In 2002 kocht hij Château Branas Grand Poujeaux in Moulis, en enkele jaren later Château Villemaurine in Saint-Emilion.
Branas Grand Poujeaux: het andere domein van Onclin.
In Moulis, een minder prestigieuze appellatie van Médoc, kocht Onclin in 2002 zijn eerste domein: Branas Grand Poujeaux, vandaag 13 hectare. De investeringen waren geringer dan in Saint-Emilion: in Moulis kost één hectare "slechts" 200.000 euro. Nadien was er nog anderhalf miljoen euro nodig voor de renovatie van de wijnkelders en de woonst. De wijngaarden waren in goede staat. Heel snel positioneerde Onclin dit domein bij de top van de appellatie. Aanvankelijk deed hij een beroep op Michel Rolland als oenoloog, sinds 2005 werd dat Stéphane Derenoncourt, wat in de jaargang 2006 voor een duidelijke stijlbreuk heeft gezorgd: aan de stevige volheid van een klassieke Moulis werden verfijning en klasse toegevoegd.
"Branas Grand Poujeaux was een onbekend domein toen ik het kocht", zegt Onclin, "Nu staat het op de kaart, het is een merk geworden. En dat heeft onmiddellijk een invloed op de marktwaarde. Ik ben ervan overtuigd dat ik het nu al met winst zou kunnen verkopen. Maar dat is niet wat ik wil doen. Dit zijn investeringen op de lange termijn."