Misverstanden rond blindproeven
Stilaan wordt het onmogelijk voor mij om buitenshuis nog onbekommerd van een glas wijn te genieten. Altijd weer worden de fles en het etiket angstvallig verborgen gehouden. Vervolgens komt de vraag, terwijl een sceptische glimlach om de mondhoeken van de schenker speelt: "Welke wijn denk je dat het is?" Achter deze onschuldige vraag gaat volgens mij een wat ruwere opmerking schuil. "Welaan dan, grote kenner, laat eens zien wat je waard bent!"
Omtrent dat zogenaamde "blindproeven" van wijn moet ik telkens een hoop misverstanden toelichten en rechtzetten. Wat dan weer op sarcasme kan onthaald worden. "Hij probeert er zich al uit te praten vòòr hij geproefd heeft!"
Leken interpreteren "blindproeven" meestal heel eng: ze verwachten dat je meteen het land, de streek, het domein en de jaargang raadt. Maar zelfs superproevers geven toe dat het onmogelijk is om dat in één keer, vanuit de hele wijde wijnwereld, te doen. Eén enkele toevalstreffer niet te na gesproken.
Vandaar dat blindproeverijen vaak georganiseerd worden rond een bepaald thema (een streek of een druivensoort bijvoorbeeld), zodat de proevers enig houvast hebben.
Professionals houden ook van de "trechtermethode", waarbij de proever in stappen tot de waarheid komt. Bij elke stap wordt hij geïnformeerd of hij op de goede weg zit.
Zo zal hij de wijn eerst breed situeren in de Oude of Nieuwe Wereld. Krijgt hij daarover uitsluitsel, zet hij zijn tocht verder, waarbij hij steeds nauwkeuriger wordt en dichterbij de oplossing komt. Dat is minder spectaculair. Maar al moeilijk genoeg. En het laat de proever toe zijn waardigheid te bewaren. Deze methode is uiteraard alleen mogelijk indien de schenker zelf over enige wijnkennis beschikt. Hij moet immers ook "de weg kennen". En in staat zijn om "fouten" van de proever correct in te schatten. Als bijvoorbeeld een zuidelijke wijn afkomstig is van een hooggelegen wijngaard op een noordelijke helling, dan kan die wijn veel zuren en fraîcheur bevatten. Waardoor de proever die wijn wel eens in een noordelijke streek situeert. Een fout waarvoor je begrip kan opbrengen.
Maar blind proeven gaat niet alleen over het herkennen van wijnen. Ook over het waarderen ervan. Dat is nog leerrijker. Want wijnen die je normaal als de beste in hun soort beschouwt, vallen in een blindproeverij wel eens door de mand. Terwijl andere wijnen, waar je niet meer naar omkeek, verrassend goed scoren. Fans van de Oude Wereld komen tot de vaststelling dat zij wijnen van de Nieuwe Wereld het beste vonden. Duurdere wijnen met een grote reputatie moeten het afleggen tegen goedkopere collega's. De Franse psycholoog en wijnliefhebber Frédéric Brochet organiseerde hieromtrent wetenschappelijke experimenten. Zo schonk hij twee keer dezelfde wijn van middelmatige kwaliteit aan een groep proevers. In de eerste fles was hij verpakt als "tafelwijn", in de tweede als "grand cru". Het resultaat was opmerkelijk: de eerste fles scoorde beduidend minder hoog dan de tweede. Terwijl het om dezelfde wijn ging.
Ooit kreeg ik ondoorzichtig zwarte wijnglazen cadeau. Een uitvinding voor extreme blindproevers: je kan er zelfs de kleur van de wijn niet in zien. Je proeft letterlijk in de duisternis. Dat maakt het nòg moeilijker. Een bewijs dat we ook met onze ogen proeven.
En ik kreeg ook eens een zending met kousen toegestuurd. Kousen? Jawel: wijnkousen! Om over een fles wijn te trekken zodat de hele fles bedekt wordt. Een betere en elegantere oplossing dan krantenpapier, aluminiumfolie of een keukenhanddoek.
Clubs, scholen, bedrijven, restaurants kunnen deze kousen zelfs krijgen met hun logo erop. Wat men niet allemaal uitvindt om wijnliefhebbers het leven moeilijk te maken.