Is dit de wijndruif met de moeilijkste naam?
Xynomavro heet ze (soms ook xinomavro geschreven). Een autochtone druif uit Griekenland, vooral het noorden ervan. Geen allemansvriend, door haar donkere kleur, pittige zuren en sterke tannines: "xynomavro" betekent trouwens "zuur en zwart". Maar in handen van een goede wijnbouwer kan ze bijzonder goede wijnen opleveren, zeker na enkele jaren op de fles als de tannines verzacht zijn.
Griekenland wordt door wijnliefhebbers vaak veronachtzaamd als wijnland. Het is nochtans de bakermat van onze Europese wijncultuur. Het waren de Grieken die reeds eeuwen vòòr Christus de druiventeelt en wijnmakerij introduceerden in landen als Frankrijk en Italië. Maar met de teloorgang van de antieke Griekse beschaving, verdween ook de wijncultuur. Eeuwenlang hoorde je er niets meer van. Als wijnland was Griekenland alleen nog bekend voor zijn retsina, die harswijn waar je hoofdpijn van krijgt.
Tot in de jaren 1980 een echte wijnrevolutie begon in Griekenland. Een nieuwe generatie jonge oenologen, opgeleid in Frankrijk, Italië en Duitsland, wilde Griekenland op de wereldwijnkaart zetten. Koelere gebieden werden opgezocht, opbrengsten werden beperkt, er werd geïnvesteerd in de nieuwste wijntechnologie. Maar door de eurocrisis raakte het land in financiële moeilijkheden. En daar had de wijnsector ook onder te lijden.
Jammer, want Griekenland is rijk aan autochtone druivenrassen, met aroma's en smaken die we in andere wijnen niet aantreffen. De witte wijnen zijn fris, pittig, kruidig, en aromatisch expressief, ideaal om zo te drinken of bij schaaldieren en vis. De druiven ervan hebben vaak namen die voor ons moeilijk te onthouden zijn, zoals assyrtiko (messcherp en mineraal), moschofilero (zeer aangenaam als aperitief) en malagousia (elegant en aromatisch).
Onder de rode wijnen staat agiorgitiko bekend als de nobelste druif, alweer met een tongbrekende naam (vandaar misschien dat ze ook saint-george wordt genoemd). En, zoals reeds vermeld, xynomavro, waar complexe rode bewaarwijn van gemaakt wordt.
Jawel, je treft in Griekenland ook de bekende internationale druiven aan, zoals chardonnay en cabernet sauvignon. Maar die worden vooral geteeld om de import van gelijkaardige wijnen uit andere landen af te blokken. Merkwaardig genoeg houden de Grieken zelf het meest van die internationale druiven, terwijl de voorkeur van de niet-Griekse wijnliefhebbers naar de autochtone druiven gaat. Zouden de Grieken zelf vinden dat de namen van hun autochtone druiven zo moeilijk uit te spreken zijn?
