Meer genieten van betere wijn met wijnschrijver Bruno Vanspauwen

Uit het archief van de wijnschrijver

gerijpte artikels, columns, verhalen, reportages

Even was pinot noir de topdruif in Vlaanderen

Enkele jaren geleden werd in Brugge een volledige dag gewijd aan één enkele wijndruif, een van de fijnste en nobelste ter wereld: de pinot noir. Liefst 400 wijnliefhebbers kwamen opdagen.

Als producerend land betekenen we niet veel in de wijnwereld, maar als consumenten hebben we een goede reputatie. Niet alleen kwantitatief, maar ook in wijncultuur en wijnkennis. Dat werd bevestigd door een internationaal wijnevenement op de campus van de hotelschool Ter Groene Poorte in Brugge. Een hele dag werd aandacht besteed aan één enkele wijndruif, de pinot noir. Weliswaar is dat een van de fijnste en nobelste druivensoorten ter wereld, onder meer die van de rode bourgognes, maar toch had ik niet verwacht dat voor zo'n specialistisch thema liefst 400 mensen zouden opdagen. Er moesten er nog 100 geweigerd worden.

De klapper van de dag was een geleide proeverij van elf pinot noirs uit evenveel landen, en één Zuid-Afrikaanse pinotage (een kruising tussen pinot noir en cinsaut). Niemand minder dan Jancis Robinson had toegezegd om deze proeverij te leiden: als Engels wijnschrijfster is zij in de hele wijnwereld bekend, en zij is de auteur van hèt referentiewerk over wijn, The Oxford Companion to Wine. Alle wijnbouwers, of hun commerciële vertegenwoordigers, waren persoonlijk aanwezig om hun wijn toe te lichten, terwijl de 400 deelnemers alle wijnen konden meeproeven. Iedereen kreeg een persoonlijk spuwbakje, een boekje met informatie over de wijnen en ruimte voor persoonlijke aantekeningen, èn twaalf wijnglazen van Riedel, één glas per wijn.

Om en bij de vijfduizend wijnglazen stonden dus in de grote zaal: ik vroeg mij af hoe dat zou aflopen. Maar alles liep gesmeerd, de timing werd gerespecteerd, de service van de wijnen was onberispelijk. Jancis Robinson merkte al bij de aanvang op: "Als dit in mijn eigen land wordt georganiseerd, hadden we nu al minstens een halfuur vertraging."

Zo'n evenement zou in Engeland ook niet gestart zijn met een pinot noir uit België: afkomstig uit de meest recente Vlaamse appellatie Heuvelland, van het domein Monteberg. Jancis Robinson gaf toe dat ze nog nooit een Belgische wijn had geproefd, en gaf aanmoedigend commentaar op deze wijn van 2005. Weliswaar bestond hij slechts voor 70% uit pinot noir, aangevuld met 30% dornfelder, ongetwijfeld om onrijpe toetsen te verzachten. Ook ik was aangenaam verrast, want rode wijn is in ons land nog moeilijker te maken dan witte.

Op naar het walhalla van de pinot noir, Bourgogne. Het was een goede keuze om geen peperdure topper te presenteren, maar een wijn van de regionale appellatie Bourgogne, van het domein Lucien Le Moine uit Beaune. Mounir Saouma (van oorspong een Libanees) krijgt al jaren lovende kritieken voor zijn zorgvuldige manier van werken, en ook deze wijn van 2005 was een toonbeeld van zuiverheid en finesse. "Bourgogne is geen wijn die indruk maakt in de aanzet, maar in de afdronk", zei Saouma, en dat was een heel terechte opmerking: wijn van pinot noir moet het niet hebben van kracht maar van een subtiele aromatische expressie, gelaagdheid en lengte.

Met de Californische pinot noir van Landmark Vineyards uit Sonoma Coast, had ik een ander type verwacht, en deels was dat ook zo: zowel in de neus als in de smaakaanzet kwam deze wijn directer en zoeter over. Maar verder bleek er toch sprake van fluwelige verfijning, lichtheid en een mooi aromatisch reliëf, al bleef een zoetere ondertoon aanwezig. Dat heeft te maken met het warmere klimaat, maar ook met de filosofie van het wijnmaken. "Wij willen fruit, rijp fruit", zei verkoopsdirecteur Bob Cooley meerdere malen.

Met een Duitse pinot noir van Bernhard Huber keerden we terug naar een noordelijker klimaat, hoewel Baden gerekend wordt tot de warmere wijnregio's van Duitsland. De Europese wijnstijl was duidelijk present: licht, fluwelig, met ragfijne tannines in de afdronk. Licht geëvolueerde aroma's (de jaargang was 2004) verhoogden de complexiteit.

De Chileense pinot noir van Amayna overtuigde niet: zwoel in de neus, zoet in de aanzet, met impressies van gestoofd fruit. Dit was een wijn die evenwicht en verfijning miste. In het warme Chili moet pinot noir in de koelere regio's aangeplant worden, omdat deze druif een koel klimaat nodig heeft. Deze wijngaard ligt op tien kilometer van de zee, maar kennelijk zorgt dat nog niet voor voldoende afkoeling. "Elke oenoloog droomt ervan om een pinot noir te maken", zei Claudia Gomez van het wijndomein, en daarmee onthulde ze de vermoedelijke hoofdreden waarom deze wijn werd gemaakt.

De Italiaanse wijnmaker met de Duits klinkende naam Alois Lageder behoort al jaren tot mijn favorieten. Zijn domein is gevestigd in Alto Adige, ook Zuid-Tirol genaamd, omdat hier – op de grens met Oostenrijk - hoofdzakelijk Duits wordt gesproken. Hij bracht de jaargang 2000 mee, en toonde daarmee aan welke aromatische complexiteit een pinot noir bereikt na jaren rijping, terwijl hij toch een jeugdige frisheid behoudt. De biodynamie, waarvan Lageder een aanhanger is, kent vele sceptici en tegenstanders, maar de kwaliteit in het glas was onmiskenbaar. En wat een lengte!

Nieuw-Zeeland behoort tot de Nieuwe Wereld, en daarom denk je meteen aan een wat zwoelere versie van pinot noir, maar dit land kent eigenlijk een gematigd klimaat. Het wordt beschouwd als de enige echte concurrent van de Europese pinot noirs, wat ikzelf in een aantal blinddegustaties al mocht ervaren. Ook deze wijn van 2002 van Palliser Estate, uit Martinborough (de Nieuw-Zeelandse topregio voor pinot noir), verraste door zijn prachtige fraîcheur in de aanzet, zijn zuiverheid, elegantie en fijne nobele tannines. Niet echt complex, maar een mooie wijn die een breed publiek van wijnliefhebbers kan bekoren. Ik kijk nooit neer op zulke wijnen: het is een kunst op zich om bij velen in de smaak te vallen.

De Oostenrijkse pinot noir uit 2001 van Paul Achs vertoonde haast meer Nieuwe Wereld-trekken dan de Nieuw-Zeelandse: het zoete gestoofde fruit viel op, weliswaar getemperd door fijne zuren. Het toonde weer eens aan hoezeer je je in blinddegustaties kan vergissen tussen de Oude en Nieuwe Wereld, ondanks alle grote wijsheden die over beide gedebiteerd worden.

Een volgend voorbeeld daarvan was een pinot noir van Kreglinger uit het warme Australië, die zowaar vegetale toetsen en uitgesproken zuren vertoonde. Maar hij is dan ook afkomstig van het eiland Tasmanië, de koelste regio van het land.

De Sloveense wijnmaker Ales Kristancic begon zijn exposé met een vingerwijzing naar de Europese wijnschrijvers: "Wijnstreken aan de andere kant van de wereld kennen jullie beter dan Slovenië dat vlakbij ligt". Daar had hij gelijk in, maar tot voor kort was Slovenië nog niet met een overtuigend aanbod naar buiten gekomen. De pinot noir van deze gedreven wijnmaker verraste echter menig wijnliefhebber in de zaal. Weer een land om in het oog te houden: als wijnschrijver heb je nooit gedaan.

De laatste pinot noir was afkomstig van het domein Hamilton Russell: met zijn volle zoete aanzet en fruitconcentratie zaten we weer bij wat algemeen de Nieuwe Wereldstijl wordt genoemd.

Achteraf was er nog een open proeverij van ruim 80 pinot noirs uit de hele wereld: het orgelpunt van een Vlaams topevenement rond een van de nobelste druiven ter wereld.